Een afgeplat achterhoofdje is een vorm van een babyhoofd waarbij deze niet rond is, maar aan een kant duidelijk afgevlakt is ten opzichte van de rest van het kinderhoofdje.
Hoe wordt een afgeplat achterhoofdje bij baby’s ook wel genoemd?
Een afgeplat achterhoofdje wordt ook wel een scheef achterhoofdje genoemd, omdat de schedel niet rond, maar scheef loopt. Ook de term Plagiocepahlie wordt gebruikt, daarover hieronder meer.
Verschillende vormen van een afgeplat achterhoofdje bij baby’s
Er zijn drie verschillende vormen van een afgeplat hoofdje bij baby’s: Plagiocephalie, Brachycephalie en een Scafocephalie. Bij Plagiocephalie (‘plagio’ betekent plat en ‘cephalie’ betekent hoofd) is er een afplatting aan één kant van het hoofdje: rechts of links. Als de afplatting centraal op het achterhoofd zit, is er sprake van Brachycephalie, dat letterlijk ‘een kort hoofd’ betekent. Bij een Scafocephalie is de schedel lang van voor- naar achterhoofd en smal van oor naar oor, en lijkt daardoor op de onderkant van een boot.
Oorzaak van een afgeplat achterhoofdje bij baby’s
Een afgeplat hoofdje ontstaat als een baby te vaak en te lang in een voorkeurshouding ligt. Ongeveer acht op de tien baby’s ontwikkelt een voorkeurshouding: een houding waarbij een baby meer dan 75 procent van de tijd met zijn hoofd dezelfde kant op ligt. Doordat de schedel van een baby nog week is en daardoor makkelijk kan vervormen, kan er een afplatting van de schedel ontstaan.
Sinds bij baby’s de rugligging wordt aanbevolen om wiegendood te voorkomen, neemt het aantal kinderen met een afgeplat hoofdje toe. Meestal is een voorkeurshouding in de eerste maanden na de geboorte de oorzaak. De meeste baby’s houden hier na een aantal weken vanzelf weer mee op, waardoor de afplatting vanzelf verdwijnt. Maar sommige baby’s blijven hun hoofd telkens naar één kant draaien of recht naar boven kijken. Door de langdurige druk op een bepaalde plek op het hoofd kan deze uiteindelijk zichtbaar platter worden.
Wat kunt u doen aan een afgeplat achterhoofdje bij uw baby?
Voorkomen is altijd beter dan genezen. Valt het u op dat uw kindje 75% of meer van de tijd met het hoofd naar een kant gedraaid ligt, dan kunt u er van uit gaan dat uw kindje een voorkeurshouding heeft. Deze voorkeurshouding is een risico voor een afgeplat (scheef) achterhoofdje. Probeer in eerste instantie uw kindje te stimuleren het hoofdje naar de andere kant te draaien. Merkt u dat uw baby het hoofdje niet naar de andere kant kan draaien, dat dit lastig gaat of dat uw kindje het maar heel kort vol kan houden, neem dan contact op met de kinderfysiotherapeut.
De kinderfysiotherapeut kan tips, adviezen en oefeningen geven om de voorkeurshouding te verhelpen en de afplatting te laten verminderen. Ook kan de kinderfysiotherapeut een meting doen van de schedel (Plagiocephalometrie) en daarmee de ernst van de afplatting in kaart brengen.